De haalbaarheidsstudie werd maandagmiddag aangeboden aan Eddie van Marum, Staatssecretaris Herstel Groningen, en Jakob Klompien, kwartiermaker van de economische agenda van Nij Begun. De studie bekeek onder andere de verwachte vraag naar waterstof, benodigdheden voor de waterstofinfrastructuur en veiligheid. Twaalf partijen, waaronder Groningen Seaports, de Rijksuniversiteit Groningen en de provincie Drenthe, waren betrokken bij het rapport.
Gefaseerde introductie van waterstofvliegtuigen
De eerste waterstofvliegtuigen zouden vooral gebruikt worden voor korte, regionale vluchten. Naar verwachting kan met gasvormige waterstof hier in 2030 al mee gestart worden. Om dit te realiseren moeten er op het vliegveld onder andere opslagtanks en een zuiveringsinstallatie worden gebouwd.
Om de toenemende vraag op te vangen, kan in 2035 de gasvormige waterstof worden uitgebreid met vloeibare waterstof. Hiervoor moet de waterstofinfrastructuur worden uitgebreid: vrachtwagens moeten de grondstof aanleveren en een pijpleiding moet het vliegveld aansluiten op het nationale waterstofnetwerk.
Volgens het rapport is de toekomst van waterstofvliegtuigen rooskleurig: tegen 2050 kunnen ze, naast elektrische vliegtuigen, een substantieel aandeel vormen van het luchtverkeer vanuit Eelde.
De verschillende fases hebben dus verschillende eisen als het gaat om opslag en levering. Volgens het rapport heeft het vliegveld in potentie genoeg ruimte om dit op een veilige manier te doen.
Veel kanttekeningen
Waterstof kan dus in theorie sterke wortels schieten op Airport Eelde. Maar, stellen de onderzoekers, er zijn ook kanttekeningen. Veel van de plannen hangen af van de technologische innovaties rondom waterstof. Ook moet de ontwikkeling van de infrastructuur betaalbaar blijven. De komende tijd zal hier meer onderzoek naar worden gedaan.