Was er geen coronacrisis geweest, dan was Merijn de Boer met zijn Indietopia Accelerator vermoedelijk nog voornamelijk actief en succesvol met het helpen en begeleiden van jonge (game) developers. Want dat speciale programma, bedoeld om die kleine bedrijfjes te helpen zich versneld te ontwikkelen, wierp zijn vruchten af: verdeeld over negen projecten zijn er in 2018 en 2019 24 nieuwe werkplekken gecreëerd.
Maar toen was daar dus de coronacrisis. Met als gevolg dat er minder creatievelingen waren die zich op het ondernemerspad waagden, en dus hulp nodig hadden. Daarnaast waren er de bekende maatregelen die ervoor zorgden dat er een streep door allerlei geplande evenementen moest worden gehaald, wat het uitvoeren van het programma een stuk lastiger maakte.
Lastiger, maar niet onmogelijk, nuanceert De Boer. “Want in plaats van negen projecten startte Indietopia er vorig jaar toch nog drie, en binnenkort gaan er nog eens twee van start”, zo zegt hij. En dat leidde toch maar weer tot twaalf nieuwe werkplekken, vier stageplekken en opdrachten voor tien studenten van de NHL en het Alfa College.
Museum Belvédère
Terwijl Merijn de Boer en consorten zich probeerden te herpakken, en zich bezig hielden met de vraag ‘wat nu?’, kwamen er steeds meer vragen vanuit de culturele sector binnen. “Musea, culturele organisaties vroegen om hulp, hoe ze in deze tijden tóch nog hun publiek konden bereiken.”
Een van de partijen die bij Indietopia aanklopte was museum Belvédère in Heerenveen. “In een recordtijd van twee weken hebben we, samen met studenten van de NHL, voor dit museum een 360 tour gecreëerd voor de expositie Relaties & Contrasten”, zo vertelt De Boer. Dankzij deze virtual reality tour kunnen bezoekers, thuis vanaf de bank, toch nog genieten van de werken van onder meer Alphons Freymuth, Piet Ouborg, Gerrit Benner, Armando en Henk Peeters.
Interactieve game
Niet alleen Belvédère, ook Marketing Groningen schakelde de hulp van Indietopia in. In dit geval stampten de creatievelingen van Indietopia een spel uit de grond: de Become a virtual Groninger game. Niet zomaar een spel, maar een interactieve game, met meer dan 250 foto’s in 360 graden, een interactieve quiz, video’s, interviews, gastcolleges en meer. Bedoeld voor internationale studenten, als online kennismaking met hun nieuwe stad.
Het succes van het spel – dat inmiddels duizenden keren gespeeld is – smaakte naar meer. “Deze game hebben we heel gericht gemaakt voor internationals, maar met een paar relatief kleine aanpassingen zou het ook heel interessant kunnen zijn voor toeristen”, aldus De Boer. Hij verwijst naar steden als Barcelona, waar vergelijkbare online tours razend populair zijn, en zelfs maanden vooruit zitten volgeboekt. “Niet alleen voor Groningen, maar eigenlijk voor alle Nederlandse steden is zo’n virtuele tour door de stad dé manier om toeristen alvast warm te maken voor een bezoek in het post-coronatijdperk.
De Boer ziet het in de praktijk: steeds meer culturele organisaties komen met een online backup voor fysieke evenementen. “Culturele partijen die nog iéts met hun publiek willen, ontkomen er gewoon niet meer aan om een online alternatief te ontwikkelen”, ziet hij. “En dan is er best nog heel veel mogelijk: live streams, 360 graden foto’s en video’s, dronebeelden en de inzet van green screens, om maar eens wat voorbeelden te noemen.
En De Boer en zijn team gaan daar maar al te graag mee aan de slag, zo zegt hij. Al zitten ze daar op dit moment ook niet stil. “We werken op dit moment aan een app voor ouders en kinderen op het gebied van goede voeding, Fit Gaaf, én – ook heel gaaf – we zijn hard bezig met de voorbereidingen voor een grote expositie in Belvédère waar beelden uit games – van personages tot landschappen en meubilair – in 3D zullen verrijzen.” Een podium dat de gamemakers en 3D modellers meer dan verdienen, benadrukt De Boer. “Het is een vak apart, maar de makers krijgen vaak niet de credits die ze verdienen.’’
