Een hogere opkoopbeschermingsgrens zorgt ervoor dat koopwoningen bewoond moeten worden door de eigenaren. PvdA, GroenLinks en SP stellen vragen aan het gemeentebestuur en wijzen daarin op andere steden zoals Rotterdam, Den Haag, Almere en Arnhem. Daar is die grens al gekoppeld aan de NHG-grens die voor volgend jaar op €450.000 ligt.
De partijen vinden dat dit ook voor Groningen een logische stap zou zijn, omdat
Groningen één van de krapste woningmarkten van het land kent. “Woningen zijn om in te wonen, niet om winst mee te maken. Groningen staat bovenaan in de rijtjes met de grootste woningnood. De gemeente moet daarom alle zeilen bijzetten om woningen betaalbaar te houden,” aldus raadslid Rico Tjepkema (PvdA). “Met een hogere opkoopbeschermingsgrens houden we koopwoningen betaalbaar voor gewone Groningers in plaats van de beurs van pandjesbazen te spekken.”
Daarnaast vragen de raadsleden het college om te onderzoeken of de opkoopbescherming ook kan worden uitgebreid naar de voormalige gemeente Ten Boer. Bij de invoering van de huidige opkoopbescherming begin 2022 was dit nog niet mogelijk. De partijen wijzen erop dat de krapte sindsdien in de dorpen ook flink is toegenomen. Steeds meer mensen die geen woning in de stad kunnen vinden,
kijken naar de buitengebieden, wat er ook voor zorgt dat dit een interessant gebied wordt voor investeerders.