Winnen deed FC Groningen voor het laatst op zondag 19 februari toen PSV in de eigen Euroborg met 3-0 verslagen werd. Sindsdiens is het kommer en kwel met vier nederlagen op rij en de veelzeggende doelcijfers 2 voor en 11 tegen. Ook tegen de nummer voorlaatst Excelsior is de ploeg van trainer Pieter Huistra zeker geen favoriet. De Rotterdammers spelen thuis meestal fris aanvallend voetbal en de mannen van trainer John Lammers zullen zich realiseren dat ze een zeer labiele en kwestbare tegenstander tegenover zich weten. Zoals zo vaak bij een geplaagde ploegen zijn er blessures te over bij de groenwitten. Joans Ivens (lies) Maikel Kieftenbeld (hamstring), Emil Johansson (lies), Thomas Enevoldsen (lies), Koen van de Laak (kuit) en Kees Kwakman (lies) zijn niet inzetbaar.
Van Kwakman werd eerder deze week bekend dat hij dit seizoen niet meer in actie komt en vrijdag geopereerd wordt. Doelman Brian van Loo en Nicklas Pedersen keren terug van blessures. Luis Pedro maakt zijn debuut in de basis als rechtsback. FC Groningen zal niet gesteund worden door supporters. Vanwege een opgelegde maatregel van de burgemeester van Rotterdam kunnen fans niet op eigen gelegenheid naar de havenstad komen, maar moet gebruik gemaakt worden van een verplichte buscombi. Als protest nemen naast onder meer vertegenwoordiging uit de directie, Raad van Commissarissen en kantoorpersoneel drie spelers plaats in het uitvak. Kieftenbeld, Ivens en Johansson zullen hun best doen om hun collega’s aan te moedigen.
Op de site van FC Groningen is Huistra nog altijd strijdbaar: “Tegen Excelsior moeten we het nu laten zien. Met enthousiasme en wilskracht gaan we voor de drie punten. Wellicht doordat de lente is begonnen, is de spirit goed aanwezig in het team en keert de lach terug op de gezichten. Excelsior kan het in eigen huis iedere ploeg lastig maken en wij zullen dan ook vanaf acht uur scherp moeten verdedigen. Goed gebruik maken van de zijkanten, de duels aangaan en winnen en de ‘tweede bal’ winnen. Dat is de sleutel om drie punten te kunnen pakken in Rotterdam.”
