De druk stond er vol op bij trainer Frank Wormuth en zijn spelers. Na vier nederlagen op rij in de competitie zou een zeperd in het bekertoernooi de situatie alleen maar verergeren. Daardoor nam Groningen voor rust geen enkel risico en speelde uiterst behoedzaam. Dordrecht trok zich terug en aasde op de counter met snelle spelers voorin. De groen-witten hadden meer dan zeventig procent balbezit, maar hadden voor de pauze moeite om gevaar te stichten.
Kort voor rust ging Kasanwirjo op avontuur. Hij trok vanaf rechts naar binnen en haalde van een meter of twintig met links doeltreffend uit. Met een verdiende voorsprong ontvouwde zich een heel andere tweede helft. Nadat Alioune Baldé via invaller doelman Jan de Boer, hij verving Peter Leeuwenburgh na rust, de paal had geraakt nam Groningen echt het heft in handen. Er ontstond meer ruimte en daar konden de gasten goed mee omgaan.
De ene kans was nog mooier dan de andere. Pepi miste voor zijn doen veel mogelijkheden en Cyril Ngonge teisterde de buitenkant van de paal. De definitieve beslissing viel pas in de laatste tien minuten. Eerst kopte Kasanwirjo in de 82e minuut een lage voorzet van Ngonge fraai binnen en in de slotminuut kon Pepi na een snelle omschakeling de bal binnenlopen. Daarmee is het lek nog lang niet boven, maar alleen het feit dat de spelers na afloop met de vierhonderd meegereisde fans een feestje konden vieren deed goed.
Bovendien kon Wormuth over diverse spelers niet beschikken. Maar invallers, zoals Luciano Valente, wisten zich er aardig uit te redden. Met het getankte vertrouwen kan de ploeg nu toewerken naar de thuiswedstrijd tegen PSV. Wellicht kan FC Groningen dan weer een stapje gezet om uit het moeras van de vrije val te komen.