De vier motetten die gekozen zijn voor deze concerten verschillen onderling sterk in lengte, sfeer en opbouw. Tegenover de strenge, monumentale symmetrie van het 11-delige Jesu, meine Freude staat de spontane, welhaast geïmproviseerde jubeltoon van het korte Lobet den Herrn, alle Heiden. Van de twee overige, 8-stemmige motetten slaat Komm, Jesu, komm de meest zwaarmoedige toon aan, terwijl het openingsdeel van Singet dem herrn ein neues Lied het meest doet denken aan de monumentale orgelwerken, waarbij een streng opgebouwde fuga voorafgegaan wordt door een vrijer preludium.
Stuk voor stuk bevatten de motetten adembenemend polyfone en uitbundige passages, afgewisseld met meer ingetogen momenten, vaak gebaseerd op een koraalmelodie.
Om nog eens te benadrukken hoe Bach zijn persoonlijke stijl met totaal verschillende middelen tot uitdrukking wist te brengen, wordt elk motet voorafgegaan door een Preludium en Fuga uit Das wohltemperierte Klavier, steeds in dezelfde toonsoort als het daaropvolgende koorwerk.
Nieuw Groninger Bachkoor
Omdat zanger, dirigent en oude-muziekspecialist André Cats (1960) al een tijdje Bachloos door het leven ging, werd voor zijn 50ste verjaardag in oktober 2010 een feestelijke Bachdag georganiseerd, waarbij in één dag het motet “Singet dem Herrn” werd ingestudeerd. Dit deed bij André en vele andere deelnemers het Bachvuur dermate heroplaaien, dat een nieuw koor het gevolg was. Het Nieuw Groninger Bachkoor bestaat uit zeer ervaren amateurzangers, waarvan de meesten ook in andere Noordelijke koren regelmatig hun stem laten horen.
Organist en clavecynist Ton van den Berg bespeelt het clavecymbel in de klavierwerken en bij het begeleiden van het koor in de motetten.