Varvara Tishina als Tatjana en Tiemo Wang als Onegin in de slotscène van de opera Jevgeni Onegin
In de meeslepende muziek van deze opera is de kleur en geur van Tsjaikovki’s manier van componeren volop aanwezig: in de prachtige melodielijnen, in het gebruik van veel koper, in diepe baslijnen met her en der indringende pauken, en in verrassende solo’s voor bijv. hobo, klarinet en harp. En daarbij natuurlijk: de prozaïsche solo-aria’s en prikkelende koorpartijen. De intense emoties van het dramatische verhaal vallen in deze opera samen met het klankverhaal. Als meesterwerk staat het op gelijke hoogte met bijvoorbeeld ‘La Traviata’ van Verdi of ‘La Bohème’ van Puccini, welke eerder in ‘de Buitenhof’ zijn uitgevoerd.
Tsjaikovski schreef deze opera naar aanleiding van de gelijknamige roman van Alexander Poesjkin, een auteur die in zijn tijd (19e eeuw) enorm populair was onder de landelijke lagere Oost-Europese adel, vanwege een opkomend verlangen naar zelfregie en autonomie, ook als het ging om ‘de liefde’. Zelf beschreef Tsjaikovski zijn opera Onegin in een brief aan een goede vriend (1878) als zijn meest persoonlijke en meest intense opera. “Als er ooit muziek met oprechte liefde is geschreven, met liefde voor het onderwerp en voor de personages, dan is het mijn muziek bij Onegin”.
Wat is het verhaal?
De weduwe Larina met haar twee dochters Olga en Tatjana leiden een afgezonderd leven op een groot landgoed op het platteland. Olga is extrovert, een spring-in-’t-veld, haar oudere zus Tatjana is juist dromerig. Op een dag komt Lenski, de verloofde van Olga, op bezoek en introduceert een goede vriend Onegin, een dandy, elegant gekleed en aantrekkelijk. Tatjana is op slag tot over haar oren verliefd op deze jonge man. Allen zien in Onegin en Tatjana een ideaal koppel, maar het verhaal loopt totaal anders… zowel Tatjana als Olga blijven na dramatische gebeurtenissen en intriges beiden geschokt en gebroken achter. Uiteindelijk trouwt Tatjana jaren later met de gerespecteerde vorst Gremin uit Sint Petersburg. Deze vorst komt weliswaar pas in de allerlaatste acte in beeld, maar zingt dan wel een van de allermooiste basaria’s uit de operaliteratuur. Ook voor Tatjana en Onegin, die in de laatste acte een onverwacht weerzien beleven, is hier een dramatisch hoogtepunt in het verhaal en hun zang weggelegd…
De opera wordt in het Russisch gezongen en gepresenteerd met Nederlandse boventiteling.
De solisten:
Onegin – Tiemo Wang
Tatjana – Varvara Tishina
Lenski – Francis Ng
Olga – Maria Koshiishi
Larina – Annemieke van der Ploeg
Filipievna – Marion van den Akker
Gremin – Staffan Iljas
Regie, dirigent & locatie
Evenals vorige jaren is de regie in handen van Brigitte Odett, en ligt de muzikale leiding bij Peter Bogaert. Beiden hebben intussen jarenlange ervaring in het coachen en leiden van theater-, resp. muziekensembles. Het orkest speelt in vrijwel volledige bezetting (25 musici, waarvan een groot deel jong talent), op het balkon van de grote schuur in De Buitenhof, terwijl op de vloer het drama zich afspeelt op steenworp afstand van het publiek. De grote schuur van de boerderij biedt een groot podium, inclusief trappen en vide’s, en daardoor speelse en verrassende mogelijkheden voor de regie. Het publiek zit dicht bij de spelers, op tribunes in een halve cirkel rondom het speelvlak, zodat expressie en details van het verhaal van dichtbij kunnen worden beleefd…
Meer informatie Voor informatie en kaartverkoop: www.operaophethogeland.nl
