PvdA-fractievoorzitter Sebastiaan Ruddijs is voorstander van het behoud van de historische Stationskap uit de 19e eeuw, maar meldt dat hij zich zorgen maakt over de raadsdiscussie. ‘Niet alle onderdelen zijn even monumentaal. De minder historische twintigste-eeuwse kap sluit nu al niet aan bij de rest en kan best verplaatst worden.’
‘Niet álles bij het oude laten’
Ruddijs: ‘Het goede nieuws is dat alle fracties de negentiende-eeuwse kappen willen behouden en versterken. Maar sommige willen meteen alles bij het oude laten. Over dat soort conservatisme zijn wij bezorgd. De later bijgebouwde stationskap van spoor 6 is nu al een vreemde eend in de bijt. Neem er eens een kijkje, zou ik zeggen.’
Volgens de PvdA moeten er wel keuzes worden gemaakt. ‘Wij kiezen voor versterking van het negentiende-eeuwse stationsgebouw aan de noordzijde, inclusief de twee bijbehorende negentiende-eeuwse kappen, én voor een modern station aan de zuidzijde’, legt de fractievoorzitter uit. ‘De stad verdient een hoogwaardig nieuw OV knooppunt en geen rommelig politiek compromis met oude uiteenlopende elementen. Dat betekent niet dat de twintigste-eeuwse kap van ons beslist weg moet, maar deze moet geen belemmering vormen om tot een hoogwaardig ontwerp te komen.’
Nieuw icoon?
Monumentale kwaliteit dus behouden en aanvullen met moderne en indrukwekkende nieuwbouw. ‘Zo’n station met twee gezichten zou, naast de Martinitoren, het Groninger Museum en het Forum, zomaar eens een nieuw icoon kunnen opleveren’, denkt Ruddijs. ‘Een plek waar het een genoegen is om te verblijven en over te stappen.’
De PvdA wil ook het oude karakteristieke seinhuis graag behouden. ‘Deze staat in de plannen mogelijk in de weg, maar kan vast verplaatst worden naar een andere plek in het gebied. De niet-historische kap van spoor 6 mag van ons eventueel hergebruikt worden op een ander station, mocht daar behoefte aan zijn.’