Het eerste onderzoek focust op beter passende implantaten. Het is duidelijk dat het standaard heupimplantaat bij vrouwen minder vaak goed past. Dit kan ernstige gevolgen hebben. Daniëlle van Veldhuizen en Nick Assink gaan onderzoeken of dit ook het geval is voor implantaten van andere botten.
Een ander onderzoek gaat over mentale problemen tijdens de overgang. Het is bekend dat vrouwen last hebben van bijvoorbeeld slapeloosheid en opvliegers in deze periode van hun leven. Wat minder bekend is: vrouwen in de overgang hebben ook een grotere kans op mentale stoornissen zoals depressies, psychoses en angststoornissen. Daarom krijgen vrouwen soms niet de zorg die ze nodig hebben. In het onderzoek gaan Iris Hamers en Franciska de Beer onder andere na welke stoornissen voorkomen, hoe vaak ze voorkomen, de zorg die vrouwen krijgen hiervoor, en hoeveel dat kost.
Verder focust een van de onderzoeken zich op de relatie tussen endometriose en ziektes die te maken hebben met het immuunsysteem, zoals de ziekte van Crohn. Endometriose is een aandoening waarbij het baarmoederslijmvlies ergens buiten de baarmoeder groeit. Het is duidelijk dat vrouwen met deze ziekte vaker bepaalde ziektes krijgen die te maken hebben met het immuunsysteem, maar de precieze relatie is niet helder. Dat gaan Astrid Cantineau en Arno de Bourgonje onderzoeken.
Het volgende onderzoek gaat over het gebruik van alternatieve geneesmiddelen onder vrouwen. Het is duidelijk dat vrouwen vaker alternatieve geneesmiddelen gebruiken dan mannen. Aranka Ballering en Sieta de Vries gaan onderzoeken of dit geldt voor elke leeftijd en levensfase. Verder hebben vrouwen vaker last van langdurige lichamelijke klachten en de onderzoekers gaan proberen te achterhalen of er een verband tussen dit gegeven en het gebruik van alternatieve geneesmiddelen is.
Het laatste onderzoek kijkt naar de vraag of medicijnen anders gedoseerd moeten worden voor jongens en meisjes. De dosering is belangrijk omdat medicijnen anders niet goed werken. Een verkeerde hoeveelheid kan ook bijwerkingen veroorzaken. Dit geldt niet alleen voor mannen en vrouwen, maar ook voor kinderen. Onderzoekers Paola Mian en Daan Touw gaan kijken naar de dosering van het middel tacrolimus bij kinderen, en vanaf welke leeftijd een andere hoeveelheid nodig is.
Over een jaar moeten de uitslagen van de onderzoeken bekend zijn.
