In de visie spelen het gebiedskarakter ‘van nu tot straks’, ondernemende overheden, een marktgerichte aanpak, samenwerking en doelgerichtheid/slagvaardigheid een belangrijke rol. Bijzonder is dat de visie tot stand is gekomen vanuit het principe ‘niet voor en door’ de overheid, maar samen met de toeristisch recreatieve sector. Samenwerking is een cruciaal vertrekpunt.
Opzet onderzoek
In de studie van Praktijkonderzoek Plant & Omgeving (onderdeel WUR) zijn gesprekken gevoerd met in totaal 22 organisaties, actief in het Noordoostelijk Agro-business. Naast vertegenwoordigers van de primaire sector, de toeleverende/verwerkende industrie en onderwijs, zijn ook dienstverlenende bedrijven benaderd. In deze gesprekken zijn de verwachtingen van een kenniscentrum besproken, de wijze waarop partijen willen samenwerken met (of binnen) het kenniscentrum en is ingegaan op de thema’s waar partijen zich specifiek op willen richten. Dit heeft veel input opgeleverd en een breed draagvlak voor het idee om te komen tot een regionaal kenniscentrum. Daarnaast hebben de partijen een breed scala aan ideeën (totaal 37) ingebracht op de thema’s Bio-energie, Concurrentiekracht en Water. Op basis van het draagvlak bij betrokken partijen wordt een meerjarige samenwerking voorgesteld.
Activiteiten & organisatie Kenniscentrum
De vier hoofdactiviteiten van het Kenniscentrum zijn: agendavorming, loketfunctie, kennisontwikkeling en kennisoverdracht. Deze zijn vertaald naar een beknopt business plan, waarin per activiteit de aanpak is beschreven, evenals de organisatiestructuur. Gekozen is voor een werkwijze die uitgaat van agendavormende en coördinerende activiteiten die een beperkte capaciteit vragen en waarbij betrokken organisaties ook zelf investeren in tijd in de vormgeving van nieuwe projecten. De structuur van het Kenniscentrum is opgebouwd uit de begeleidingscommissie (aansturing), drie werkgroepen (een werkgroep per thema), consortia voor projecten.