De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, die zich in de Gouden Eeuw als klein landje had ontwikkeld tot een van de machtigste mogendheden ter wereld, werd in 1672 aangevallen door meerdere landen tegelijk. “Het volk was redeloos, de regering radeloos en het land reddeloos. Maar niet in Groningen”, zo valt te lezen op de website van de Koninklijke Vereeniging van Volksvermaken over de geschiedenis van Groningens Ontzet.
Groningen bood weerstand door een eensgezinde bevolking en een vastberaden bestuur.
Dat de Groningers onder leiding van Carl von Rabenhaupt de troepen van Bommen Berend wisten te weerstaan, en dat deze na grote verliezen het beleg opbrak, betekende in feite de eerste zege van de Republiek.
Dit zorgde voor hersteld zelfvertrouwen van Nederland
“Groningen constant, behoud van het land.“, zo zou de beroemde dichter Joost van den Vondel dichten. Als Groningen niet had gezegevierd, dan was de rest van de Republiek waarschijnlijk gevallen.