In Nederland worden de primaire keringen, waaronder de zeedijken, eens in de vijf jaar getoetst aan door het Rijk opgestelde eisen. De resultaten van dat onderzoek moeten dit jaar voor 15 september worden doorgegeven aan de provincies. Waterschap Noorderzijlvest is de eerste beheerder die dit jaar met de resultaten naar buiten komt.
Tijdens de vorige toetsing van de Groningse dijken, in 2005, werd slechts 900 meter van de noordelijke waterkeringen afgekeurd. Volgens het Waterschap is het grote verschil te verklaren door de aangescherpte landelijke eisen. Deze worden iedere vijf jaar weer aangepast op basis van veranderingen in de waterstand en de golfkracht.
Volgens het Waterschap zijn de Groningse dijken, op een klein stukje van 100 meter na, hoog genoeg. De dijken werden onder andere afgekeurd vanwege verouderd asfalt. Ook waren de dijken op sommige plekken bekleed met gras terwijl daar eigenlijk stenen hadden moeten liggen.
Het Waterschap benadrukt dat de veiligheid van de Groningers niet in het geding komt en dat de kans op natte voeten nihil is. Alleen bij een storm die zo zwaar is dat hij slechts eens in de 4000 jaar voorkomt, en aanzienlijk zwaarder is dan de noordwesterstorm die de watersnoodramp in 1953 veroorzaakte, kan de stevigheid van de dijken niet worden gegarandeerd, zegt Noorderzijlvest. Daarom worden de dijken verbeterd en versterkt en tot die tijd extra bewaakt.