Nieuws
Netelenbos en Alders wachten verder op Almere
De volgende stap in het traject van de Zuiderzeelijn is nog steeds afhankelijk van de Almeerse bijdrage. Dat maken demissionair minister Netelenbos en commissaris der koningin Alders duidelijk in een gezamenlijk verstuurde brief over de voortgang van de samenwerkingsovereenkomst over de Zuiderzeelijn.
Leestijd: 1 minuut
Op 27 juni ontstond er een gat in de regionale bijdrage aan de Zuiderzeelijn, nadat de gemeenteraad van Almere als enige lokale overheid niet akkoord ging met de van haar gevraagde bijdrage van vijftig miljoen euro. De gemeente vond dat het Rijk niet voortvarend genoeg was in haar bijdrage in de toekomstige ontwikkeling van de stad.In de brief schrijven Netelenbos en Alders dat de onderhandelingen tussen het Rijk en Almere in een hogere versnelling worden gegooid om snel tot afspraken hierover te komen. Afhankelijk van de resultaten hiervan is het college van B&W bereid om in september een nieuw voorstel aan de raad te doen om in te stemmen met de conceptsamenwerkingsovereenkomst Zuiderzeelijn.Als Almere, zoals de minister en CdK verwachten, in september wel het ja-woord geeft, zal de stuurgroep aanvullende eisen en vragen van de provincies en gemeenten in een definitieve samenwerkingsovereenkomst verwerken, die vervolgens weer ter goedkeuring aan de regionale overheden wordt voorgelegd. Als die definitief akkoord gaan, dan wordt de volgende stap genomen in het langgerekte besluitvormingsproces over de Zuiderzeelijn. De volgende stap is het vaststellen van de randvoorwaarden waar de door marktpartijen ontwikkelde plannen aan moeten voldoen.Minister Netelenbos en CdK Alders wijden in hun gezamenlijke brief veel mooie woorden over de samenwerking tussen Rijk en regionale overheden. De verregaande overeenstemming over hoofdlijnen zou de volgende stappen in het proces makkelijk moeten maken. Als Almere straks tenminste wel haar handtekening zet.