Dat is uniek in de geschiedenis van Groningen
Het Groningse college bestaat nu uit de vijf vrouwelijke wethouders Mirjam Wijnja, Carine Bloemhoff, Kirsten de Wrede, Inge Jongman en Manouska Molema. Daar is nu dus burgemeester Mirjam van ’t Veld bijgekomen. Ook heeft Groningen een vrouwelijke gemeentesecretaris, Christien Bronda.
Daarnaast zijn er drie mannelijke wethouders: Eelco Eikenaar, Philip Broeksma en Rik van Niejenhuis.
Het stadsbestuur bestaat dus uit zes vrouwen en drie mannen.
Maakt het wat uit?
De vraag is nu of dat veel zal uitmaken. Qua werkzaamheden niet zo heel veel, waarschijnlijk. Of financien, onderwijs, arbeidsmarkt of wijkvernieuwing nu door een man of een vrouw worden gedaan, dat zal geen verschil maken: als het maar goed gebeurt.
Bovendien komen de bestuurders allemaal uit politieke partijen met daarin opvattingen die door mannen en vrouwen worden gedeeld.
Maar in één cruciaal opzicht maakt het wel verschil: het is eigenlijk raar dat Groningen niet al veel eerder een vrouwelijke burgemeester heeft gekregen.
In Groningen woonden op 1 januari 2024 namelijk ongeveer 243.800 inwoners. De geslachtsindeling is ongeveer gelijk, met een lichte meerderheid van vrouwen: ongeveer 50,16 % is vrouw, en 49,84 % is man.
Aangezien er (iets) meer vrouwen in Groningen wonen dan mannen, is het dus ook tijd dat er een keer een stadsbestuur is met iets meer vrouwen aan het roer dan mannen.
Andere bestuursstijl ?
De vraag is of vrouwen op een andere manier politiek bedrijven dan mannen. Op het eerste gezicht zou je misschien denken van niet: besturen is besturen, en overal moet je compromissen sluiten.
Maar er is wel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de vraag of er niet toch enig verschil is.
Er zijn aanwijzingen dat een bestuur met een grotere vertegenwoordiging van vrouwen in het college van wethouders bepaalde verschillen kan hebben in prioriteiten en bestuursstijl ten opzichte van colleges met een mannenmeerderheid. Anderzijds is het ook zo dat individuele kwaliteiten en het politieke klimaat ook grote rollen spelen.
De tijd zal het leren, daar komt het dus eigenlijk op neer…