Op twee windmolens op windpark Eemshaven heeft TNO sensoren, camera’s en een radarsysteem geplaatst. Een van de twee turbines heeft een zwarte wiek; de ander niet.
Sensoren meten of en hoeveel vogels er tegen een wiek aanvliegen. De camera’s dienen ter verificatie en soortherkenning. Om het vlieggedrag in de omgeving van de turbines in kaart te brengen, wordt verder nog een speciale 3D vogelradar geïnstalleerd.
Het onderzoek loopt een jaar. De resultaten worden daarna vergeleken met het onderzoek Zwarte Wiek, dat al sinds 2021 loopt. Dit is een onderzoek van de provincie Groningen en RWE waarbij van zeven turbines een wiek zwart is geverfd. In dit onderzoek wordt er met de hand geteld hoeveel vogels er mogelijk tegen een turbine zijn aangevlogen.
De informatie die dit onderzoek oplevert is maar beperkt en zegt ook niets over het gedrag van vogels rond een turbine mét een zwarte wiek en een turbine zonder zo’n zwarte wiek. Het TNO-onderzoek gaat een stapje verder en geeft daarmee een beter beeld van de effectiviteit van een zwarte wiek. De resultaten van de onderzoeken zijn ook belangrijk voor toekomstige windparken op zee waar handmatig meten/tellen niet mogelijk is.
Het onderzoek Zwarte Wiek in Groningen vond plaats naar aanleiding van een eerder onderzoek in Noorwegen, op het eiland Smøla. Dit toonde aan dat het zwart verven van één wiek van een windturbine 70 procent minder vogelslachtoffers onder bepaalde soorten vogels oplevert.
