Nieuws

Wie krijgt straks de schuld van een Groningen zonder Kardinge?

“Het is onrustig in de Groningse schaatswereld. Na meer dan dertig jaar trouwe dienst vertoont de ijshal bij Kardinge zijn laatste stuiptrekkingen. Het gebouw is afgeschreven, interne installaties zijn aan broodnodige vervanging toe en de ijsvloer zelf, piept en kraakt onder het juk van veroudering,” schrijft Jalt de Haan, fractievoorzitter van CDA Groningen. In onderstaande opinie spreekt hij zich uit over het Groningse beleid ten aanzien van de ijsbaan.


Leestijd: 3 minuten

Foto | Serassot via Wikimedia Commons
Foto | Serassot via Wikimedia Commons

“Dat de ijshal niet het eeuwige leven had, stond bij de ingebruikneming al vrijwel tot op de einddatum nauwkeurig vast. Toch hebben Groningse gemeentebesturen ervoor gekozen om de afgelopen dertig jaar weg te kijken, in plaats van voldoende te sparen voor renovatie. Gesterkt door een breder gebrek aan financiële armslag, een flinke hoeveelheid investeringsopgaven en onder leiding van een coalitie die keer op keer heeft aangetoond weinig liefde te voelen voor sport, wankelt de toekomst van Kardinge.

De komende maanden staat de Groningse gemeenteraad voor een waaier aan ingrijpende keuzes. Naast Kardinge prijken ook de Oosterpoort en Martiniplaza bovenaan een lange lijst met grote renovatie- en nieuwbouwprojecten waarvoor onvoldoende financiële middelen beschikbaar zijn. Dat betekent dat er harde keuzes moeten worden gemaakt. Keuzes in schaarste, waarbij niet alleen de vraag hoe, maar ook de vraag of een investering wordt gedaan op tafel ligt. Hierbij lijkt het gemeentebestuur, steeds minder voorzichtig, voor te sorteren op een definitief afscheid van de ijshal. Zo liet het gemeentebestuur onlangs weten dat cofinanciering vanuit provincies of andere gemeenten voor hen voorwaardelijk is om een ijshal in Groningen te behouden. Enkele weken later voegde de wethouder hieraan toe dat het voor hem ook denkbaar is om afscheid te nemen van Kardinge en bij te dragen aan een nieuwe ijshal in een andere noordelijke gemeente. Assen heeft al langer de ambitie om een gloednieuwe ijshal uit de grond te stampen en niet lang na deze uitspraak, stak ook de gemeente Tynaarlo haar belangstellende vinger in de lucht.

Deze strategie van blufpoker vanuit de Groningse coalitie is riskant. Ondanks ruim honderdduizend bezoekers per jaar, een petitie die meer dan vijftienduizend keer is ondertekend en verenigingen met honderden leden die hier hun sportieve onderdak hebben, blijft het gemeentebestuur volharden in haar all-in strategie. Men wil rucksichtslos alles of niets. Of een ijshal behouden, waar omliggende gemeenten en de provincies aan bijdragen, of een einde aan de ijssport in de grootste gemeente van Noord-Nederland. Dat paradepaartjes van de coalitie, zoals een nieuwe Oosterpoort en Martiniplaza, ook een functie hebben die onze gemeentegrenzen overstijgt, maar niet aan een harde ‘meebetalen of we stoppen ermee’ strategie worden blootgesteld, laat opnieuw zien dat sport geen prioriteit heeft voor dit gemeentebestuur. Een patroon dat zich eerder al aftekende in de gebrouilleerde relatie met FC Groningen en in een structureel gebrek aan investeringen in de amateursport. Toch gaat het in geval van Kardinge nog een stapje verder. In dit geval is de potentiële schade mogelijk onherstelbaar. Een verdwenen ijshal keert immers niet zomaar terug. Zeker niet wanneer de gemeente ervoor kiest om enkele miljoenen bij te dragen aan een nieuwe ijshal in ‘de regio’.

De coalitie gebruikt nu een gelegenheidsargument om de schuldvraag af te wentelen op ‘de regio’. Want door de hete aardappel nadrukkelijk naar provincies en omliggende gemeenten door te schuiven kan het beeld worden gecreëerd dat een eventueel einde van Kardinge niet aan Groningen zelf heeft gelegen. Maar het ligt wel aan Groningen. Aan politieke onwil om het belang van sportvoorzieningen te onderkennen. Aan politieke onkunde om de afgelopen dertig jaar voldoende te sparen en aan politieke blufpoker, waarin de ene grote investering niet teveel kan kosten en de ander zonder hulp van de regio op voorhand wordt uitgesloten.

De tijd om een vuist te maken tegen het onsportieve beleid van het Groningse gemeentebestuur begint dan ook te dringen voor de gemeenteraad. We moeten Kardinge nu behouden omdat we het anders voorgoed kwijtraken. Een ijshal past bij de allure en de omvang van onze gemeente, is cruciaal voor verenigingen en in de maatschappelijke strijd tegen ‘bewegingsarmoede’ en obesitas.”

Opinie | Jalt de Haan, fractievoorzitter CDA Groningen