Nieuws

Twijfel of uitgekeerde bevingsschade Groningen niet te royaal was

In Groningen en noord-Drenthe is sinds 2017 inmiddels voor ruim een half miljard euro aan aardbevingsschade uitgekeerd door het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG). Bij de NAM is twijfel gerezen over de vraag of er niet te royaal gebruik gemaakt wordt van de vergoedingen omdat er ook veel schades zijn vergoed van buiten het bevingsgebied.


Leestijd: 1 minuut

Film Bodem in Beweging donderdag te zien in 2DOC
Film Bodem in Beweging donderdag te zien in 2DOC

“Aardbevingsschade en voor veiligheid noodzakelijke versterking wordt door ons altijd vergoed, daar is geen discussie over. De NAM staat op afstand en speelt geen enkele rol in het beleid van de overheid. (…) De NAM vindt wel dat de kosten ten gevolge van maatregelen die redelijkerwijs niet meer aan gaswinning en aardbevingen toegeschreven kunnen worden, niet aan de NAM doorbelast kunnen worden. Dat is ook wat de overheid en de NAM hebben afgesproken in de diverse overeenkomsten”, zo schrijft de NAM op haar website.

Het Dagblad van het Noorden meldt vrijdag dat er sinds de uitbreiding van het schadegebied, maar ook sinds er sprake is van omgekeerde bewijslast, veel geld terecht komt op plaatsen waar je het misschien niet direct zou verwachten.

Een duidelijk voorbeeld daarvan vormt volgens het artikel de stad Groningen. Van de ruim 92.000 schademeldingen die binnen zijn gekomen, kwamen er 27.000 uit de stad Groningen. Een deel daarvan is afkomstig uit villawijken en nieuwbouwwijken die te maken hebben met krimpscheuren.

Misbruik?

De NAM vraagt zich af of er in de stad sprake is van misbruik. Dat er in wijken als Lewenborg en Beijum schade is vindt de NAM aannemelijk vanwege de ligging bij het westelijk deel van het gasveld. Maar dat er ook meldingen komen vanaf de andere kant van de stad, vanuit de Groningse villawijken, ziet de NAM ‘totaal niet zitten’, aldus het artikel in het Dagblad.