Met het wietexperiment test de overheid of gereguleerde productie, distributie en verkoop van cannabis in Nederland mogelijk is. Het experiment moet aantonen wat voor effect het legaliseren van wiet heeft op criminaliteit, veiligheid en volksgezondheid.
Tien gemeenten doen mee aan het experiment. Naast Groningen gaat het om Almere, Arnhem, Breda, Heerlen, Hellevoetsluis, Maastricht, Nijmegen, Tilburg en Zaanstad. Zij mogen hun wiet vanaf vandaag alleen nog maar inkopen bij tien legale telers, die toestemming hebben gekregen van de overheid om op legale manier wiet te verbouwen en verkopen.
Achterdeur
De nieuwe fase van de wietproef duurt vier jaar. En dit nieuwe stadium betekent ook dat coffeeshops hun cannabis niet meer via de achterdeur mogen inkopen, bij illegale telers, wat tot nu toe werd gedoogd. Die gedoogconstructie maakte het uitvoeren van kwaliteitscontroles onmogelijk en zorgde voor allerlei risico’s.
Er is overigens wel een uitzondering, voor hasj, want dat blijkt niet altijd leverbaar, terwijl dit wel populair is onder klanten. Tot 10 juni mogen coffeeshops daarom, als uitzondering, nog wel illegale hasj verkopen.
Zorgen over aantal coffeeshops in Groningen
In de gemeente Groningen bestaan wel zorgen over het aantal coffeeshops, dat is namelijk afgenomen de afgelopen jaren. Eerst waren het er veertien, nu zijn het er negen, en straks nog maar zeven omdat er nog twee gaan sluiten. Deze overgebleven zeven coffeeshops moeten het grote aantal gebruikers van wiet opvangen, en dat zorgt voor druk op deze coffeeshops.
Ondertussen verhindert de huidige regelgeving in Groningen de mogelijkheid om tijdens de wietproef nieuwe coffeeshops te openen in onze gemeente. Daardoor bestaat het risico dat wietgebruikers toch weer terugvallen op illegale drugsverkoop op straat, vrezen critici. Burgemeester Mirjam van ’t Veld (CDA) heeft daarom gezegd dat ze wil onderzoeken hoeveel coffeeshops er nodig zijn in de gemeente om de tegemoet te komen aan de vraag.
