Uiteindelijk maakt het in het bekertoernooi niet uit of hoe je wint als je maar wint. In dat opzicht deed FC Groningen het prima, maar de manier waarop deed bij menig fan de wenkbrauwen waarschijnlijk weer fronsen. Het was gemiddeld genomen niet om aan te zien wat de ploeg van trainer Danny Buijs op de mat legde op Woudenstein tegen de nummer twee van de Eerste Divisie.
De groenwitten hebben het ontzettend moeilijk om voetballend fatsoenlijke aanvallen op de mat te leggen. Dat bleek in Rotterdam ook maar weer eens. Excelsior zette daar, met oud FC Groningen speler Thijs Dallinga in de gelederen, veel meer tegenover. De thuisploeg had verreweg het meeste van het spel en kwam tot twee keer toe verdiend op voorsprong. Dallinga zocht nadrukkelijk naar een treffer, maar ontbeerde het geluk.
Groningen moest in de achtervolging, maar wist eigenlijk niet hoe dat moest. Buijs wisselde uiteindelijk zes keer om nieuwe impulsen te geven. Op slag van rust scoorde Cyril Ngonge uit het niets. Twintig minuten voor tijd volgde een nieuwe achterstand. Een door Michael de Leeuw versierde strafschop bracht zes minuten voor tijd uitkomst. Aanvoerder Mo El Hankouri nam zijn verantwoordelijkheid en tekende voor de 2-2. Een blammage was daarmee afgewend.
Strand Larsen had vervolgens het duel nog in de reguliere tijd kunnen beslissen, maar zijn inzet werd van de lijn gehaald. In de tweede helft van de verlenging sloeg de Noor alsnog twee keer toe. Drie minuten voor tijd viel de beslissing. Ook Strand Larsen speelt niet goed, maar scoort de laatste weken wel aan de lopende band. Hij zorgt er in ieder geval voor dat Buijs voor het eerst onder zijn leiding de derde bekerronde haalde.