De beginfase was voor Leiden, maar de voorsprong werd nooit groter dan vier punten. Jessey Voorn tekende met zijn eerste driepunter van de wedstrijd voor een 16-13 voorsprong voor Flames aan het einde van het eerste kwart. De thuisploeg leek in het tweede kwart al een beslissende voorsprong te nemen, maar dat gebeurde niet. Via onder meer scores van Sergio de Randamie, Ties Theeuwkens en een vrije worp van de van een blessure herstelde Maurice Miller bracht de stand op 25-16. Een verschil van negen en dat bleek achteraf de grootste voorsprong in de wedstrijd. De voorsprong verdween binnen vier minuten in een 32-31 achterstand. Uiteindelijk gingen beide ploegen in een wedstrijd waarin fel verdedigd werd rusten met een 36-36 tussenstand.
Na de pauze bleef het een duel waarin de verschillen klein waren. De ruim 2800 toeschouwers zaten op het puntje van hun stoel. Flames speelde als een team en had blijkbaar duidelijk geleerd van de slechte tweede helft afgelopen zaterdag tegen Rotterdam. Toen werd een bij rust zeker lijkende grote zege bijna nog uit handen gegeven. Voorn zorgde met één van zijn vier driepunters voor een 58-55 tussenstand met nog tien minuten te gaan. Miller bepaalde met twee benutte vrije worpen de stand op 67-62 met nog ruim twintig seconden te gaan. Via een driepunter van Michael Schachtner werd het verschil weer twee. Via vrije worpen bepaalde Dimeo van der Horst de eindstand uiteindelijk op 69-67.
Jessey Voorn was topscorer met 15 punten. Jamal Boykin tekende voor 13 punten en 8 rebounds.



