Cultuur & Uitgaan
Groninger Museum komt met tentoonstelling over: Gas en Licht in Groningen
Oud-museum-directeur wijlen Frans Haks had in het verleden misschien iets omstredener tentoonstellingsonderwerpen, zoals bijvoorbeeld ‘plasseks’, maar het Groninger Museum komt nu met een expositie die vast ook interessant is: ‘Gas en Licht in Groningen.’
In 2013 viert de Koninklijke Vereniging van Gasfabrikanten in Nederland (KVGN) haar 140 jaar bestaan en handelt GasTerra, tot 2005 onder de naam Gasunie, een halve eeuw in aardgas. De huidige Gasunie speelt tegenwoordig een belangrijke rol als beheerder van het hogedruk-gasnet in Nederland en Noord-Duitsland. Voor het Groninger Museum een goede reden voor een tentoonstelling over gas en licht in de stad Groningen. Er zijn prachtige werken te zien van onder andere Hendrik Leffert Mijling, Bernardus Bueninck, Wobbe Alkema en Paul Gauguin. Ook worden foto’s en tekeningen getoond, afkomstig uit de Groninger Archieven.
De invloed van gas en licht is terug te vinden in allerlei kunstwerken. De expositie laat daar enkele treffende voorbeelden van zien. ’s Nachts verlichten de gaslantaarns de omgeving op een feërieke wijze; overdag vormen ze door hun fraaie uiterlijk een wezenlijk onderdeel van het straatbeeld. Deze kenmerken van de gaslantaarns leverden enkele bijzondere en sfeervolle schilderijen op. Met name het weergeven van het gaslicht vormde voor kunstenaars een bijzondere uitdaging.
Gas en Licht in Groningen
In 1854 werd in Groningen het stedelijk gasbedrijf opgericht. Het gas werd in gasfabrieken geproduceerd uit steenkool en vervolgens opgeslagen in gigantische cilindervormige tanks. In Groningen was een onbebouwd stuk land achter het Boterdiep en nabij de stadswal beschikbaar voor de fabriek. Deze bleef tot 1962 in bedrijf. De eerste taak voor het gasbedrijf was het verlichten van straten met gaslantaarns. Al in 1856 werd ook het stadhuis met gas verlicht. Voor het Groninger stadhuis staan nog altijd enkele van de oude gaslantaarns, omgebouwd voor elektrische verlichting. Spoedig kwamen er ook in de particuliere huizen gasleidingen te liggen, waarmee in huis gasverlichting mogelijk werd. In 1896 werd in Groningen een begin gemaakt met elektrisch licht. In 1906 werd er een apart bedrijf opgericht voor de productie en levering van elektriciteit, steeds vaker de standaard voor verlichting. In 1936 was het gedaan met de gaslantaarns.
De gasfabriek bleef belangrijk voor het koken en de verwarming totdat in 1961 werd overgeschakeld op aardgas, dat in 1959 in Slochteren was gevonden. Huishoudelijke apparatuur werd omgebouwd want voortaan werd er gekookt en verwarmd met aardgas.
Leestijd: < 1 minuut