De bloemen zijn ingezaaid door boeren, in samenwerking met de land-en tuinbouworganisatie LTO Noord. Deze organisatie, en de betrokken boeren ook, willen de biodiversiteit en het insectenleven bevorderen, en daarom worden stukken percelen die in een jaar niet gebruikt worden voor de landbouw, ingezaaid met kruiden- en bloemrijke planten.
“Met deze bloemenrand, verfraaien we het Hogeland”, staat er dan ook op borden die tussen de bloemen zijn geplaatst, met daarop het logo van LTO Noord.
Het braak laten liggen van het land gebeurt in het kader van een zogenaamde ‘vier procent-regeling’. Als boeren op vier procent van hun grond gewassen telen die stikstof opnemen – zoals erwten of linzen – of op vier procent van hun grond geen pesticiden gebruiken, hoeven ze hun terrein nu niet langer braak te laten liggen. Daar kunnen ze dan ook bloemen inzaaien.
Overigens betekent deze regeling wel dat boeren een deel van hun areaal (vier procent dus) niet voor landbouwgewassen kunnen gebruiken, en dat scheelt in de omzet. Dus hoe betrokken boeren ook zijn bij de natuur: de regeling betekent voor hen wel vermindering van omzet, bij gelijkblijvende kosten.
Maar een mooi gezicht is het dus wel, zoals te zien op deze foto’s genomen bij het dorpje Garsthuizen nabij de Eemshaven.